Jupiter in oppositie   –   Google Play SterHemel  app  MijnHemel App Store   –   Hemel vannacht   –   Weer   –   Meer vragen over de Aarde   –   FAQ   –   De Aarde   –   Verschijnselen   –   Astrokalender   –   Hemelkaart   –   Maanfasekalender     Naar de hoofdpagina Contact HemelApps FAQ Google Play App Store YouTube Google agenda Facebook Twitter


Logo hemel.waarnemen.com

Draait de Aarde sneller door tsunami's en orkanen?


Kan de Aarde sneller gaan draaien door een tsunami of een orkaan?




Het is voor zover ik weet niet mogelijk om het effect van een tsunami of een orkaan te meten op de rotatie van de Aarde, maar het effect van bijvoorbeeld alle winden op Aarde samen kan wel worden teruggevonden in de aardrotatie. Het blijkt namelijk zo te zijn dat de Aarde een deel van z'n rotatie kan overdragen aan bijvoorbeeld de atmosfeer en omgekeerd.

Onze atoomklokken zijn tegenwoordig veel nauwkeuriger dan de rotatie van de Aarde. Als gevolg hiervan is men nu in staat de variaties in de aardrotatie vast te leggen. We zien op die manier bijvoorbeeld dat de Aarde niet met constante snelheid roteert en ook dat de rotatie van de Aarde langzaam afneemt. Op dit moment neemt de lengte van een dag met ongeveer 1.7ms (0.0017 seconde) per eeuw af. Dat is erg weinig, maar dus meetbaar door deze nauwkeurige klokken. Tegenwoordig wordt de lengte van iedere dag afzonderlijk gemeten, om te zien hoe de gemiddelde zonnetijd door de variërende rotatie van de Aarde afwijkt van de 'continue tijd'. Het verschil tussen deze twee wordt Δt genoemd. Dagelijkse metingen voor Δt vanaf 1973 zijn te vinden in Figuur 1a.

Wanneer we de waardes van Δt voor twee opeenvolgende dagen van elkaar aftrekken, krijgen we het verschil in daglengte tussen die twee dagen. Dit is weergegeven in Figuur 1b en uitgedrukt in milliseconden (ms). De rode dikke lijn is het lopende jaarlijks gemiddelde van de zwarte lijn. Het is duidelijk zichtbaar dat de zwarte lijn sterk varieert ten opzichte van de rode lijn, en blijkbaar vinden deze variaties plaats op een tijdschaal die veel korter is dan een jaar. We kunnen het gemiddelde van deze variaties aftrekken van de zwarte lijn en het gemiddelde per jaar nemen. Figuur 1b. laat deze jaarlijks terugkerende afwijkingen zien over de loop van een jaar. De grafiek laat zien dat de lengte van de dag (ΔL) gedurende onze wintermaanden een beetje sneller toeneemt dan gemiddeld, terwijl de aardrotatie in onze zomermaanden een stuk langzamer toeneemt dan gemiddeld. In Fig.1b. is te zien dat op dit moment de lengte van de dag 's zomers zelfs een beetje afneemt.

Afstand die zonlicht aflegt.
Figuur 1. Bovenste panel (a): Het dagelijks gemeten verschil tussen de gemiddelde zonnetijd en de 'continue tijd' tussen 1973 en nu. Middelste panel (b): Het verschil in daglengte tussen iedere twee opeenvolgende dagen, bepaald uit Fig.1a. De rode lijn is het lopende jaarlijks gemiddelde. Onderste panel (c): Jaarlijks terugkerende variaties in de daglengte ten opzichte van het jaarlijks gemiddelde.


Het feit dat de lengte van de dag op een lange tijdschaal toeneemt heeft met name te maken met de getijdenwerking van de Maan. De Maan beweegt zich langzaam van de Aarde vandaan en hierdoor gaat de Aarde langzamer roteren. Dit verklaart waarom de lijn in Fig.1a. alleen stijgt en die in Fig.1b. zich meestal boven 0 bevindt. De snelle variaties gedurende een jaar die in Fig.1c. zichtbaar zijn hebben niets met de Maan te maken, maar veel met de atmosfeer van de Aarde. Het blijkt dat het grootste deel hiervan verklaard kan worden met seizoensgebonden winden. Stel dat je een bergketen hebt die van noord naar zuid loopt (zoals de Rocky Mountains/Andes). Als de wind in de winter tegen de oostflank van deze keten aanblaast, dus tegen de rotatie van de Aarde in, dan zal de wind de aardkorst een beetje afremmen en wordt de dag langer. Als diezelfde wind dan in de zomer overheersend uit het westen komt, wordt de wind afgeremd en het aardoppervlak versneld. Gemiddeld over een aantal jaar is het nettoresultaat natuurlijk nul; anders zouden de winden of steeds sterker worden of al lang helemaal verdwenen zijn. Aardig is nog te melden dat de piek in Fig.1b. wordt toegeschreven aan het fenomeen El Niño.

Een tweetal uitgebreide artikelen over dit onderwerp staat in de Zenit van april en juni 2001.


Zie ook:
De Aarde
Vannacht aan de hemel: Maan, planeten en deepsky-objecten


App Store       Google Play                

Jupiter in oppositie   –   Google Play SterHemel  app  MijnHemel App Store   –   Hemel vannacht   –   Weer   –   Meer vragen over de Aarde   –   FAQ   –   De Aarde   –   Verschijnselen   –   Astrokalender   –   Hemelkaart   –   Maanfasekalender     Naar de hoofdpagina Contact HemelApps FAQ Google Play App Store YouTube Google agenda Facebook Twitter


Copyright © 2004–2024   Marc van der Sluys, hemel.waarnemen.com  –  De sterrenhemel voor Nederland en België  —  gewijzigd: 03/12/2024  —  bronvermelding