november 2024
Uitleg bij het slingerdiagram
Dit zogenaamde slingerdiagram geeft de positie van de Galileïsche
manen van Jupiter weer
ten opzichte van de planeet, gedurende een gehele maand. De dag van de maand is aan de
linkerkant van het diagram vertikaal weergegeven. De positie van elke maan staat horizontaal
uitgezet, uitgedrukt in Jupiterstralen (rJ).
Wanneer een maantje in het diagram links van Jupiter staat, staat het ten oosten van de
planeet. Dit is de situatie voor een waarneming met het blote oog of een verrekijker. Voor een waarneming
met een omkerende teleskoop is dat dus —het woord zegt het al— omgekeerd.
Ieder van de vier golvende gekleurde lijnen geeft de positie van een van de maantjes weer. De naam
van ieder maantje is bovenin weergegeven in tekst met dezelfde kleur als de lijn. De vertikale
grijze band tussen rJ = -1 en rJ = +1 stelt de planeet Jupiter voor. Maantjes
die van oost naar west bewegen, bewegen voor Jupiter langs, maantjes die van west naar oost bewegen,
achter Jupiter langs. In zo’n geval kan een overgang van de maan (en/of zijn schaduw) over
Jupiter, of een bedekking van het maantje door Jupiter (en/of zijn schaduw) zichtbaar zijn.
Kijk voor dit soort verschijnselen in de tabel overgangen en bedekkingen.
Om de posities van de maantjes op een bepaald moment te weten, trek je in gedachten een horizontale
lijn (zoals de zwarte horizontale lijn bij bijvoorbeeld dag 5) over het diagram. Waar de gekleurde lijnen de denkbeeldige lijn
snijden, bevinden zich de Jupitermanen. Bedenk dat de lijn bij dag 5 geldt voor de 5e dag van de maand,
om 0 uur. Om de positie van de manen op dag 5 om 20 uur te weten dient de denkbeeldige lijn dus vlak
boven de markering van dag 6 getrokken worden.
|